Over narcisme wordt de laatste tijd veel geschreven, maar van spiritueel narcisme had ik nog niet gehoord totdat ik erover las in dit artikel in Psychologie Magazine en hoewel er tegenwoordig voor alles wel een labeltje verzonnen wordt, weet ik zeker dat spiritueel narcisme bestaat.
Er zijn zeker collega’s en anderen die hun vermeende kwaliteiten vol graagte breeduit ventileren.
Vaak vraag ik me af ‘Zouden zij het zelf geloven?’, maar dat denk ik inderdaad wel.
Zonder blikken of blozen zeggen dat jij wél verlicht bent, dat jouw kundalini uiteraard al meerdere malen ontwaakt is, dat jij uitzonderlijke gaven hebt en goed karma opgebouwd gezien jouw geluk en succes … trekt ironisch genoeg veel volgers.
Veel mensen willen maar al te graag geloven dat er de mogelijkheid bestaat om bijzonder te worden (lieve schat kijk eens in de spiegel, je bent al bijzonder) en dat er wel degelijk meer is dan dit (kijk nog eens in de spiegel, hoeveel meer heb je nodig). De voorgangers zijn immers het levende bewijs en hebben bovendien een enorme schare aan volgers en social-vrienden, dús zal er wel waarheid zitten in wat ze zeggen.
In de jaren ‘90 kregen de yogascholen waar o.a Madonna en Sting kwamen sterrenstatus. De yogaklassen puilden uit, want iedereen wilde erbij horen. Sommige yoga-en meditatiescholen, yogastijlen en -docenten hebben status gekregen, ook in Nederland. Een select clubje verschijnt steeds weer in de bladen en wordt uitgenodigd voor speciale evenementen.
Het is het bekende cirkeltje geworden waarin degene die de school heeft, de training geeft en de posts op social media plaatst zich gesterkt voelt om door te gaan met uiting te geven van zijn speciale status.
Aan superioriteitswaan is niets spiritueels maar zeker wel super menselijk. De kunstscene voelt zich vaak verheven, net als veel medisch specialisten of andere hoogst opgeleiden, cabaretiers, columnisten en recensenten kunnen er wat van, en ook religieuzen, net als beroemde mensen en politici, en niet te vergeten veel Twitter- en weggebruikers.
Van spirituele zoekers zou je alleen een andere houding verwachten.
Maar materieel succes (en dat betreft niet alleen het tastbare) wil uiteraard niet zeggen dat je je spirituele huiswerk goed hebt gedaan.
En toegegeven, het innerlijke werk valt verdorie ook niet mee, vertel mij wat.
Toch zijn ze er wel hoor, de mensen die innerlijk werk doen zonder opgeblazen ego.
Ze zijn alleen minder zichtbaar en hebben daardoor wellicht minder volgers.
Hoewel niet altijd. Twee mooie voorbeelden zijn voor mij Ram Dass en Thích Nhất Hạnh.
De eerste schreef het wereldberoemde boek Be Here Now en werd één van de belangrijke exponenten die in de jaren '60 van de vorige eeuw de Oosterse filosofie, inclusief yoga en meditatie, naar de VS bracht. Hij was een rasverteller met een heerlijk gevoel voor humor en voor velen een groot voorbeeld in hun spirituele zoektocht. Op zijn 66e kreeg hij een herseninfarct en dat zou zijn leven op vele fronten voorgoed veranderen.
Zelf zei hij daarover 'I've been stroked by God' om aan te geven dat, hoe zwaar en pijnlijk ook, hij nu pas echt de verdieping in het innerlijk werk had gevonden, alsof het de genade van God was geweest. Naarmate hij ouder werd kon hij geamuseerd vertellen over zijn dikdoenerij toen hij nog jong was en hoe zijn ego met hem aan de haal kon gaan.
Hij zou uiteindelijk 88 jaar worden en aan het einde van zijn leven werden zijn meditaties, overwegingen en boodschappen steeds kleiner en verfijnder, waarbij hij op het laatst alleen nog de essentie deelde: I am loving awareness.
Thích Nhất Hạnh was een Zenboeddhist uit Vietnam die uit zijn eigen land verbannen werd en asiel kreeg in de VS.
Hij zou uitgroeien tot één van de grootste spirituele leiders en voorbeelden van onze tijd. Maar hoe groot en invloedrijk ook, ik heb hem nooit horen vertellen dat hij verlicht zou zijn, speciale gaven zou hebben of verheven zou zijn boven anderen. Integendeel, het liefdevolle, kleine en bescheiden van Thích Nhất Hạnh blijft mij altijd weer naar hem terugkeren als ik de weg even kwijt ben. Meditatie link