#volksvertellingen #menopauze #heks #heksinnig #oudwijf #postmenopauze #vrijheid
Je kunt het blog hieronder lezen of beluisteren.
Het sluimerde al langere tijd, maar ontvlamde toen het verhaal over Blauwbaard mij weer vond.
Het is een van de bekendste verhalen uit De Ontembare Vrouw (Women who run with the wolves) geschreven door Clarissa Pinkola Estés.
Verhalen kunnen je laten ontsnappen uit alle gedoe en vertellingen kunnen troosten en ook inzichten, wijsheden en houvast bieden.
Ik begon steeds meer over vrouwen te lezen waardoor ik zoveel beter begrijp hoe onze rol door de eeuwen heen uit de geschiedenis is gewist.
Denk maar aan de bijbel en aan geschiedenisboeken; zelden invloedrijke vrouwen.
Zelfs door sprookjes en fabels leren we hoe mannetjes en vrouwtjes zich dienen te gedragen. Goede meisjes zijn lief, volgzaam en aangepast en hun levens worden pas echt gelukzalig als ze de ware prins ontmoeten. Oude vrouwen daarentegen zijn zwijgzame breiende omaatjes of juist jaloerse kwaadaardige heksen en schoonmoeders met wratten op hun neus die hoe dan ook onderuit gehaald moeten worden.
We zijn elkaar ook gaan vertellen dat mannen jagers zijn en dat vrouwen thuiszitten.
Inmiddels blijkt uit veel onderzoek en studie dat ook vrouwen gejaagd hebben. Mannen en vrouwen gingen beiden op zoek naar voedsel (jagers/verzamelaars) en kinderen, zwangeren en echt oude mensen bleven bij de standplaats.
Ook oudere vrouwen bleven op het thuisfront, niet persé omdat ze zwak zouden zijn, maar om te zorgen voor de anderen, om voedsel te verbouwen en om de boel draaiende te houden. Oudere vrouwen waren de spil in de gemeenschap.
Hoe uiteindelijk het matriarchaat het af heeft moeten leggen tegen het patriarchaat vertellen o.a. Annine van der Meer, Janina Ramirez, Bettany Hughes en lees ook over Sophia, het symbool van wijsheid.
Een belangrijk kantelpunt in de waardering van het vrouwelijke blijkt te hebben plaatsgevonden toen we ons zijn gaan settelen en wij bezittingen (spullen) hadden die verdedigd moesten worden.
Al deze verhalen, of het nou mythes, sprookjes, folklore- of bijbelverhalen zijn, krijgen pas echt betekenis als je de diepere lagen (zoals symboliek, metaforen, context e.d.) leert lezen en begrijpen.
Hoe kunnen we in deze vertellingen de rol van vrouwen begrijpen, en dan met name vrouwen die de tweede helft van hun leven zijn binnen getreden. Ik noem het overigens liever de herfst van ons leven, het derde kwartaal dus. Hoewel er voorzichtig verandering in lijkt te komen, aan het imago van de oude vrouw in de moderne Westerse cultuur valt nog veel te repareren.
Na ons vijftigste blijven velen steken in verhalen over de verschrikkelijke menopauze (stemmingswisselingen, fysieke veranderingen en angstervaringen e.a.) en daarna verstomt het, alsof dat het einde is.
Ik kan daar niets mee en heb juist ervaren dat er na die overgang een grote reset in mij heeft plaats gevonden.
Ik ben getransformeerd van ‘druk’ ‘doen’ en het ‘mij-tijdperk’ naar ‘zijn’ ‘de zucht naar wijsheid’ en ‘wij samen’.
Wat we onszelf en anderen vertellen is van groot belang, dus als we onszelf en anderen verhalen blijven vertellen dat oudere vrouwen geen functie meer hebben in deze maatschappij, dan wordt dat de waarheid.
Dus vertellen we dat de herfst in ons leven het seizoen van verval is, of grijpen we juist de kansen aan tot transformatie en groei?
Zo leerde ik de mening van anderen te ontgroeien en te vertrouwen op de diepe onderstroom. Noem haar god, de waarheid, liefde of het licht.
Droegen we in ons jonge leven nog allerlei petten en maskers, deze onvermijdelijke (!) transformatie biedt ons de mogelijkheid om echt onszelf te worden.
Ik noem het heksinnig; de eigenzinnige, eigen-wijze, ervaren, zelfverzekerde, authentieke vrije vrouw die haar tweede vruchtbare levensfase omarmt.
Ik deel graag het volgende verhaal met je: De vrouw die een vos werd (een vertelling uit Siberie).
Vrij vertaald en samengevat uit The Woman Who Became a Fox door Sharon Blackie
Foto: Natuurmonumenten Viggo de Vos
Ooit, aan de kustlijn van de witte zee, leefden een vrouw en haar man, een eenogige man. Ze waren al heel lang getrouwd en samen naar de middelbare leeftijd gegroeid.
Iedere ochtend, bij het aanbreken van de dag verliet hij het huis en zij had geen idee waar hij naartoe ging. Op een dag hield ze het niet meer en moest ze dat weten. Ze volgde hem stiekem, heel diep het bos in. Daar, op een open plek ging hij zitten. Zijn humeur werd donkerder, zijn gedrag veranderde en zijn enige oog verdween.
Terwijl ze daar naar hem stond te kijken begreep ze dat zij en haar man door de jaren heen van elkaar vervreemd waren geraakt. Ze was zijn geheimen zat, het feit dat hij niets deed en ze walgde van hem. Ze besloot hem te verlaten.
Ze ging naar huis, stopte enkele dierbare spullen in haar jaszakken en verdween. Niet heel veel later echter liep ze tegen een reus aan die haar over zijn schouder meesleurde en in een diepe grot gooide. Vol schrammen en butsen lag ze op de grond te huilen en te jammeren over het veilige leven dat ze achter zich had gelaten, toen er een stemmetje klonk ‘Kom op, droog je tranen. Kijk omhoog en zie hoe vogels daar hun huiden hebben gehangen. Trek ze aan’.
In een mand vond ze een jas gemaakt uit de huid van kraaien, maar deze was te klein.
Ze begon nog harder te huilen, maar opnieuw sprak de stem tot haar ‘Kom op, wanhoop niet. Kijk weer omhoog en zie hoe je daar de huiden van dieren zult vinden. Pak ze en trek ze aan’.
Dit keer vond ze de huid van zes vossen die als jas aan elkaar waren genaaid en deze paste haar perfect. Opgewarmd en minder wanhopig besloot ze te ontsnappen waarna ze een lichtvoetig spoor in de sneeuw achterliet.
Na verloop van tijd kreeg ze dorst en stopte om water te drinken uit een beekje. Ze schrok van de beeltenis die ze van zichzelf in het heldere water zag. Er waren lange roodachtige oren aan haar hoofd gegroeid. Toen ze onderaan de berg kwam had ze het vreemde gevoel dat er iets achter haar was, en toen ze zich snel omdraaide zag ze haar eigen wit gepunte vossenstaart, die ze niet van zich af kon schudden. Niet veel later kwam ze in het vissersdorp waar ze opgegroeid was en ze zag haar vader de kano instappen. Hij zag de vos en probeerde dichterbij haar te komen, maar ze trok zich terug het bos in.
Naarmate we halverwege onze levens raken bekruipt ons vaak het gevoel dat we ons leven ontgroeid zijn. Niet alleen ons lichaam begint te veranderen, ook onze binnenwereld staat op de drempel van een grote verandering. Terwijl we op de drempel staan kunnen we precies zien wat er achter ons ligt, maar het pad voor ons is nog gehuld in nevelen.
In het verhaal van de vos volgt de vrouw haar intuitie dat haar aanspoort om haar oude leven achter zich te laten.
Ook wij kennen die aandrang om de boel om te gooien en om mensen, plekken, vriendschappen, banen en omstandigheden die ons niet langer voeden achter ons te laten. We veranderen en ontgroeien oude rollen en hoewel we aanvoelen dat onze levens verandering nodig hebben, weten we vaak nog niet hoe die eruit moet zien.
Toch gaan we op pad, het lot, de goden of een reus vertrouwend.
De volgende fase speelt zich af in de donkerte van de grot, waarin alles wat ons niet meer past van ons af zal vallen. Geen gemakkelijke fase en eentje waarin we huilen, bang zijn en rouwen om wat we kwijt zijn geraakt.
We zoeken en proberen hoe het nieuwe leven ons zal passen en uiteindelijk vinden we de jas die ons past. De een past in een jas van kraaienveren en de ander in een mantel van vossenhuiden. Er is geen weg meer terug, en dus verlaat je de grot en zo trippelt de rode vos de koude nacht in. De vos wil terug naar haar vaders huis, maar haar wilde hart vertelt haar dat terugkeren niet meer mogelijk is, ze kan niet terug naar wie ze was. Deze laatste fase gaat over de vrouw die terugkomt naar haar ware wilde zelf. Ze keert naar binnen om daar haar belichaamde wijsheid te vinden. Om dat te bereiken zal ze het masculiene en het patriarchale die haar definieerden achter zich moeten laten zodat ze haar eigen weg kan vinden. Eerst loopt ze er dus van weg (haar man), daarna ze ontvlucht het (de reus) en uiteindelijk ze weigert het (haar vaders huis).
Dit is het wakker worden dat veel vrouwen na de menopauze ervaren en dat maakt dat we onze vossenneus volgen naar een nieuw verhaal waarin we terugkeren naar onze ware wilde natuur.
Foto's: Schotlandreis 2024